AlgemeenNieuws

Limburg en Brabant voorop met mestbewerken

Den Haag – Een derde van de varkenshouders in de provincies Limburg en Noord-Brabant doet aan mestbewerking. In geen enkele andere provincie doen er zoveel bedrijven aan mestbewerking.

Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). In de andere provincies is dat tussen de 2 en 11 procent. Opmerkelijk is ook dat de categorie ‘andere graasdierbedrijven’, waaronder onder andere vleeskalverbedrijven vallen, relatief hoog scoort in enkele provincies. In zowel de provincie Groningen als Noord-Holland past een vijfde van deze bedrijven een vorm van mestbewerking toe. Het gaat om bijna 2.700 bedrijven.

Landelijk doet 6 procent van de akkerbouwbedrijven aan mestbewerking. Dit zijn bijna 800 bedrijven. In de melkveehouderij is dit 10 procent, oftewel ruim 1.600 bedrijven. Opvallend is dat de melkveehouderijbedrijven in Flevoland het meest aan mestbewerking doen, namelijk 17 procent.

In de varkenshouderij komt mestbewerking voor op gemiddeld 20 procent van de bedrijven. Het gaat hier om ruim 700 bedrijven. Worden alle land- en tuinbouwbedrijven op één hoop gegooid, dan doet een op de tien aan een vorm van mestbewerking.

Bij mestbewerking ondergaat de mest een behandeling. Composteren, drogen, scheiden, verhitten en mono-vergisten zijn voorbeelden hiervan. Door mest te bewerken kan het geschikt worden gemaakt voor export. Door mest te bewerken voldoen bedrijven nog niet aan de mestverwerkingsplicht. Om aan de mestverwerkingsplicht te voldoen, moet dierlijke mest of worden geëxporteerd, of dusdanig worden behandeld dat de eindproducten geen dierlijke mest meer is.

Beheer
WP Admin