AlgemeenNieuws

‘Gefaseerde bouwvergunning levert risico’s op’

Den Haag – Een veehouder uit de Limburgse gemeente Leudal mag van de Raad van State geen nieuwe varkensstal bouwen bij zijn bedrijf.

Tot dat oordeel kwam de Raad afgelopen week. De veehouder wilde met zijn bedrijf een nieuwe weg inslaan. Hij wilde stoppen met zijn rundvee en daarvoor in de plaats een varkensstal bouwen voor 2.160 dieren. De bouwvergunning fase 1 had de gemeente al verleend in 2011.

De gemeente Leudal weigerde echter in september afgelopen jaar de tweede fase van de bouwvergunning goed te keuren omdat de bouw van de varkensstal in strijd zou zijn met het bestemmingsplan Intensieve veehouderij Leudal dat mei 2012 in werking was getreden. De beoogde locatie van de stal ligt weliswaar binnen het agrarisch bouwblok van de veehouderij, maar buiten de begrenzing ‘Intensieve veehouderij’ constateerde de gemeente. Buiten die begrenzing is het niet toegestaan om stallen voor intensieve veehouderij te bouwen. Daarnaast zou uitbreiding van het bedrijf teveel geuroverlast veroorzaken voor te realiseren woningbouw. Het is volgens de gemeente planologisch en milieu hygiënisch niet wenselijk dat een intensieve veehouderij zo dicht bij een woonkern fors uitbreidt.

De boer bracht hier tegen in dat het allerminst zeker is dat deze woningbouwprojecten daadwerkelijk gerealiseerd gaan worden en dat het daarom niet reëel is vast te houden aan de geurverordening. Daarnaast had hij in 2011 al een vergunning fase 1 – eerste beoordeling van ruimtelijke en welstandstechnische aspecten – gekregen voor de bouw van de vleesvarkensstal. Dat nu de gemeente  op basis van het nieuwe bestemmingsplan uit 2012 als nog een definitieve vergunning (fase 2) weigert is volgens de veehouder niet terecht.

De Raad van State is van oordeel dat de gemeente Leudal terecht de vergunning heeft geweigerd omdat het nieuwe bestemmingsplan, dat gold ten tijde van het besluit, staat niet toe dat op de locatie buiten de begrenzing ‘Intensieve veehouderij’ stallen voor de intensieve veehouderij worden gebouwd. De boer had weliswaar in 2011 al een bouwvergunning fase 1 is voor de bouw van de varkensstal gekregen, maar op het moment was nog geen vergunning fase 2 aangevraagd. Van een onherroepelijke vergunning die het recht gaf om de stal te bouwen, was dan ook geen sprake, stelt de Raad. De bouwvergunning fase 2 is dus terecht beoordeeld op basis van het nieuwe bestemmingsplan uit 2012.

Beheer
WP Admin