AlgemeenNieuws

Voerprijzen dalen in 2014 sterker dan productprijzen

Amsterdam – De voerprijzen dalen in 2014 sterker dan de productprijzen, maar vooral varkens- en legpluimveehouders houden het zwaar.

Zeugenhouders realiseren door goedkoper voer en door hoge biggenprijzen dit jaar tot en met september een bovengemiddelde maandsaldo van gemiddeld €30.000. Dat stelt ING Economisch Bureau in een kwartaalbericht over de intensieve veehouderij.

Het gemiddelde maandsaldo ligt voor vleespluimveehouders op zo’n €26.000, tegen een gemiddelde van €20.000 in de periode van 2006 tot en met 2013. ING gebruikt cijfers van LEI Wageningen UR.

Het hogere saldo komt mede omdat kip als goedkope vleessoort goed scoort. ING verwacht dat in 2015 de economie aantrekt en consumenten dan weer eerder geneigd zullen zijn andere vleesproducten te kopen. Het is volgens ING daarom essentieel dat vleespluimveehouders zoeken naar nieuwe exportkansen.

Houders van legpluimvee kampen volgens ING met Europese overproductie en oneerlijke concurrentie. Daarmee doelt ING op de import van eieren uit batterijsystemen. Het gemiddelde maandsaldo was tot en met september dankzij gedaalde voerkosten positief (€ 13.635), terwijl het in deze periode in 2013 negatief was, maar is 21 procent lager dan het langjarig gemiddelde.

De varkensvleesmarkt staat deels in het teken van de Russische importstop voor vrijwel alle voeding uit de EU. Daarnaast neemt de consumptie af in zowel Nederland als Europa. Overaanbod leidt tot lage afzetprijzen. Het maandsaldo is gedaald van een langjarig gemiddelde van circa €12.000 tot zo’n €8.000.

ING meldt tevens dat uit een eigen peiling blijkt dat zes op de tien mensen bij agrarische producten in de supermarkt het minst vertrouwen hebben in de voedselveiligheid van vlees. Hieruit blijkt ook dat consumenten bij hun aankopen nog altijd het meeste letten op de prijs.

Beheer
WP Admin