Rechter gunt ministerie meer tijd voor MKZ-vragen

Den Haag – Staatssecretaris Sharon Dijksma krijgt meer tijd om vragen te beantwoorden over de tests die leidden tot de besmetverklaring van een bedrijf in Kootwijkerbroek met mond- en klauwzeer (MKZ).

Dat heeft het College van Beroep voor het Bedrijfsleven (CBB) besloten op verzoek van de staatssecretaris.

De staatssecretaris had van de rechter aanvankelijk zes weken de tijd gekregen (vanaf 16 oktober) om vragen te beantwoorden die de rechter had gesteld.  De landsadvocaat heeft vanwege de gedetailleerdheid en de complexiteit van de vragen om meer tijd gevraagd. Het CBB heeft besloten dat de staatssecretaris nu uiterlijk 24 december een antwoord moet geven. Daarna hebben de betrokken boeren nog weer zes weken de tijd om hun weerwoord te geven.

Doel van de procedure is een finaal oordeel te geven over de vraag of het ministerie in 2001 wel op juiste gronden gekomen is tot de besmetverklaring van een bedrijf in Kootwijkerbroek. De besmetting in Kootwijkerbroek wordt al sinds 2001 betwist. De uitbraak stond geheel op zichzelf en heeft ook geen nieuwe besmettingen tot gevolg gehad. Als gevolg van de besmetting zijn tienduizenden dieren geruimd.