Groente- en fruithandel ziet omzet krimpen

Amsterdam – De handel in aardappelen, groente en fruit (AGF) maakt opnieuw een roerig jaar door, zo stelt ING Economisch Bureau vast, met nu ook omzetkrimp. Een gunstig groeiseizoen en de Russische boycot leidde in deelmarkten in Europa tot overcapaciteit.

Daardoor dalen prijzen en wordt gezocht naar nieuwe markten en concepten waarbij telers en supermarkten nauw samenwerken.

ING stelt vast dat vorig jaar nog sprake was van een opgaan de lijn. De productiewaarde van de Nederlandse voedingstuinbouw steeg naar €2,7 miljard, vooral door een hogere verkoopomzet van uien en paddenstoelen. De combinatie van gestegen productie in eigen land en de groei van de import leidden ertoe dat de omzet van de AGF-handel €800 miljoen steeg tot €16,5 miljard.

De handel realiseert een groot deel van zijn omzet met export, een kleine €10 miljard. Groente was in 2013 goed voor bijna €6 miljard exportomzet. Bijna 60 procent hiervan ging naar Duitsland, België en het Verenigd Koninkrijk en nog eens 30 procent naar andere Europese landen. Van de fruitexport wordt 55 procent naar de drie nabije landen geëxporteerd en heel weinig naar buiten Europa.

In totaal gaat 1 procent van de Nederlandse groente- en fruitexport naar Rusland, maar in de praktijk is dit belang groter omdat producten via Duitsland, Polen en de Baltische staten worden uitgevoerd. Nederland blijft volgens ING via derde landen, zoals Turkije, Nederlands product in Rusland aanbieden, maar hieraan kleven volgens de bank reputatierisico’s.

De groente- en fruitmarkt is door zijn focus op Europa – en dat geldt voor bijna alle Europese landen – weinig flexibel. Een echte oplossing ligt in het vinden van markten buiten het ‘drukke’ Europa. In de praktijk blijkt dit volgens ING lastig. Azië biedt perspectieven, maar hier is sprake van grote lokale productie en een streng eisenpakket. Een tweede oplossing ligt in meer onderscheidende producten, waarvoor meer korte ketens worden opgericht.