Onverdoofde slacht aan banden

De huidige praktijk rondom onverdoofd ritueel slachten is niet acceptabel, erkent Martijn van Dam, staatssecretaris van Economische Zaken. Toch is dit geen reden om dit onverdoofd ritueel slachten te verbieden.

Van Dam scherpt de regels aan. De bewindsman legt hiermee een advies van de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA) voor een volledig verbod naast zich neer.

Strenge regels voorkomen dierenleed

Vanaf 1 januari mogen alleen geregistreerde slachthuizen onverdoofd ritueel slachten. De strenge regels behelzen uitrusting en werkwijze om onnodig dierenleed te voorkomen. Zo moeten dieren die na 40 seconden nog bij bewustzijn zijn, alsnog worden verdoofd. Het zijn logische afspraken.

Alleen voor Nederlandse markt slachten

Ingewikkelder wordt het met de eis dat slachthuizen alleen voor de Nederlandse markt mogen slachten. Van Dam wil voorkomen dat Nederland een exporthuis van dit vlees wordt. In enkele omringende landen is onverdoofd slachten immers verboden. Een begrijpelijk politiek standpunt in dit gevoelig dossier, maar tegelijkertijd een beetje vreemd. Als er kennelijk geen overtuigende dierenwelzijnsbelemmering is, waarom zou je het aantal slachtingen dan beperken?

Exportverbod is on-Nederlands

Deze eis staat ook de verwaarding van het totale dier in de weg. En hoe voorkom je dat er nooit een draadje vlees – vers of in verwerkte vorm – de grens passeert? Een exportverbod past niet in de Nederlandse volksaard.