Laat Frau Antje Hollandse mest aanprijzen

Mestexport is de achilleshiel van het mestbeleid. De georganiseerde landbouw is veel te passief op dit terrein. LTO en andere organisaties zouden zich actief moeten bemoeien met de buitenlandse afzetmarkten voor bewerkte Nederlandse mest. Dat betoogt de Wageningse mestprofessor Oene Oenema in een interview in Boerderij.

De wetenschapper en tevens voorzitter van het belangrijke overheidsadviesorgaan CDM legt hiermee de vinger op een gevoelige plek. Mestverwerking en -export is de hoeksteen van het mestbeleid. Het is in feite de enige uitlaatklep voor het overschot aan mest waar Nederland ondanks fosfaatrechten, fosfaatplafond en grondgebondenheidswetgeving mee zal blijven kampen. Zonder duurzame export kan de veehouderij feitelijk niet rendabel bestaan.

Afhankelijk van de markt

En toch laten boeren en hun organisaties de export grotendeels over aan ‘de markt’, aan distributeurs en verwerkers. Ze maken zich daar nogal afhankelijk van. Waarom niet een wat actievere houding? Afzetmarkten in Duitsland en Frankrijk zijn in beweging en staan onder druk – niet alleen door steeds strengere regels, ook door groei van mestaanbod uit eigen land. Er komt concurrentie. En dus worden klantrelaties belangrijk, en zaken als aftersales en promotie. Waarom geen kwaliteitsstempel voor pure Hollandse mest, aangeprezen door Frau Antje? Mooie nieuwe uitdaging voor exportkampioen agrarisch Nederland.