‘Martijn van Dam tegenvaller van 2016’

Als echte tegenvaller van 2016 noemt staatssecretaris Martijn van Dam de uitbraak van vogelgriep in het interview met Boerderij. Niet het plotse Brusselse ‘nee’ over de invoering van de fosfaatrechten in 2017, waardoor er nog strengere bemestingsnormen uit Brussel dreigen.

Om het laatste te voorkomen, moeten naar schatting zo’n 170.000 melkkoeien worden geruimd. Ruim 9.000 melkveehouders weten tot op de dag van vandaag niet wat dit alles betekent voor de toekomst van hun bedrijf.

Of het laatste meer of minder erg is dan dat bij tientallen door vogelgriep getroffen pluimveehouders in totaal 800.000 kippen en ander gevogelte zijn geruimd, is een moeilijk te beantwoorden vraag. In ieder geval is de uitbraak van het vogelgriepvirus niet de schuld van Martijn van Dam, laat staan dat hij er een aandeel in heeft gehad.

Maar hij vindt ook dat hij achteraf helemaal niets fout heeft gedaan, of überhaupt ook maar anders had kunnen doen om de huidige crisis in melkveehouderij te voorkomen. Dát zegt veel over de keurige en welbespraakte staatssecretaris. De schimmigheid rond de onderhandelingen over derogatie en fosfaatrechten in Brussel blijft hoe dan ook aan hem kleven. Bij zijn voorganger Dijksma hing hierover ook al een lichte nevel, maar het werd een dichte mist onder aanvoering van Van Dam.

Toen hij meer dan een jaar geleden aantrad, waren er al geen hooggespannen verwachtingen van hem. Nu terugkijkend op zijn leiderschap, charisma en kennis van zaken, hunkeren velen terug naar voorgangers als Cees Veerman. Of zelfs Dijksma. Geen boer zal hem graag terugzien na de verkiezingen, al zegt Van Dam zelf te geloven dat die mogelijkheid er nog in zit.