AMvB bijt nog niet echt

Melkveehouders met groeiplannen of die in 2014 flink gegroeid zijn, zaten met samengeknepen billen te wachten op de Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) die de grondgebondenheid moet regelen.

Die huivering blijkt achteraf onnodig. De AMvB vereist in de praktijk nauwelijks extra grond. Dat komt door twee trucs.

Ten eerste is de peildatum voor de grondgebondenheidseis verlegd van 2013 naar 2014. Elke uitbreiding in het aantal dieren die in 2014 is gerealiseerd, valt dus buiten de voorwaarde van ‘grondgebondenheid’. Wie afgelopen jaar de stallen vol zette met vee wordt dus beloond met extra rechten. Het gros van de groeiers is hierdoor waarschijnlijk al uit de brand.

Daarnaast worden de extensieve bedrijven ontzien voor de grondgebondenheidseis. Voor uitbreiding tot 20 kilo fosfaatoverschot per hectare, grofweg 1,5 koe met jongvee per hectare, is geen extra grond nodig. Een vervangende verwerkingsovereenkomst (VVO) volstaat dan. Bij uitbreiding tot een overschot van 50 kilo fosfaat per hectare is 42,5 kilo aan VVO’s nodig en 7,5 kilo aan fosfaatplaatsingsruimte in grond. Dat betekent dat bij uitbreiding van 1,5 naar 2 koeien (inclusief jongvee) per hectare nog nauwelijks extra grond nodig is.

Alleen voor de intensievere bedrijven begint de grondgebondenheidseis te knellen. Bij uitbreiding boven 50 kilo fosfaatoverschot, moet de helft van de overschotsgroei gekoppeld worden aan extra grond. Maar ja, de meeste intensieve bedrijven hebben de afgelopen jaren al stappen gezet.

Daarmee remt de AmvB wel, maar bijt ze nog niet echt.