Natuurbeheer met gezond verstand

Twee weken geleden sprak ik in het Friese Scharnegoutum met een groep melkboeren. De boeren in dat gebied zijn zwaar getroffen door de muizenschade. Het is een triest verhaal, zeker omdat het kabinet de boeren financieel niet tegemoet wil komen.

De problemen in Friesland laten zien dat er iets mis is met het Nederlandse natuurbeleid. Zo is het volgens Gerbert Roerink van onderzoeksinstituut Alterra opmerkelijk dat er sinds 2000 in Nederland al twee grote muizenplagen zijn geweest. Tussen 1960 en de 2000 hebben zich namelijk helemaal geen grote uitbraken voorgedaan. Roerink wijst er dan ook op dat de twee grootste haarden van de huidige plaag in de buurt van Natura 2000-gebieden liggen, vlak bij de Friese meren. Dat kan geen toeval zijn.

De muizenplaag is nog maar het begin. Het natuurbeleid van het kabinet dreigt in de komende jaren voor nog meer problemen te gaan zorgen. Denk aan de nieuwe Natuurwet. Door de vele verplichtingen die Nederland stelt aan de beheerjacht, bovenop de Europese regels, wordt het werk van onze jagers verder bemoeilijkt. De biodiversiteit in ons Nederlandse cultuurlandschap, gevormd door landbouw en mensenhand, komt daarmee onder andere op het spel te staan. Ook neemt de kans op verspreiding van botulisme en salmonella toe: een directe bedreiging voor de gezondheid van mens en dier.

Dieren die grote schade aanrichten aan de land- en tuinbouwsector krijgen door het nieuwe natuurbeleid vrij spel. Ik heb het dan onder meer over de duizenden grauwe ganzen die al jaren onze graslanden kaal vreten. Daar lijkt voorlopig geen eind aan te komen; twee weken geleden besloot de rechter in Zwolle namelijk nog dat in Overijssel in de winterperiode niet langer op ganzen mag worden geschoten.

Ook de komst van de wolf in Nederland kan voor grote problemen gaan zorgen. Hoewel de wolf door organisaties zoals Natuurmonumenten als vredelievend wordt neergezet, laten diezelfde organisaties het na te melden dat het dier enorme schade aan de landbouw veroorzaakt. De vrees bestaat dat door de komst van de wolf in Nederland jaarlijks vijfhonderd schapen zullen worden gedood. Door de beschermde status van de wolf, vastgelegd in Europese natuurwetgeving, mag het dier zelf in principe niet worden afgeschoten. Toch moet de aanwezigheid van de wolf drastisch worden beperkt zodra mensenlevens, vee en kwetsbare soorten bedreigd worden.

Afgelopen week ben ik benoemd tot Secretaris-Generaal van de Intergroep Jacht, Biodiversiteit en Platteland. Vanuit die positie zal ik mij de komende jaren inzetten voor wildbeheer door jagers en natuurbeheer met gezond verstand. Niet alleen om schade aan natuur en landbouw te bestrijden, maar ook om de soortenrijkdom en de stand van kwetsbare diersoorten te bevorderen.