Foto: Misset BoerenlevenAchtergrond

1941: lang stro dorsen

Op deze foto uit 1941 is goed te zien hoe stro uit een dorskast komt. Er waren al wel systemen om stro te persen, maar in die tijd werd het vaker los opgeslagen op het land, of tot een mijt gestapeld.

Destijds werd nog volop gewerkt met langstrorassen. Daar zaten voordelen aan. Graan groeide bijvoorbeeld boven het onkruid uit. Daarnaast was lang stro voor allerlei doeleinden bruikbaar. Het was geschikt als afdekkingsmateriaal en als grondstof voor de kartonindustrie.

Het streven naar een hogere korrelopbrengst deed de lange stengels de das om. Die hogere opbrengst probeerde men te verkrijgen met behulp van kunstmest. Daar groeide graan snel van, maar de stengels werden ook slapper. Graan ging daardoor eerder legeren, vandaar de introductie van rassen met kortere stengels.

Veehouders gebruikten veel stro zelf, maar akkerbouwers verkochten het. Vooral kartonfabrieken waren tot de jaren 60 grote afnemers. - Foto: Misset

Veehouders gebruikten veel stro zelf, maar akkerbouwers verkochten het. Vooral kartonfabrieken waren tot de jaren 60 grote afnemers. – Foto: Misset

Een van de eerste kortstrorassen in Nederland was Heine’s VII, gekruist bij het Duitse bedrijf F. Heine. De aanduiding kort stro was overigens relatief; de stengels werden nog steeds bijna 110 centimeter lang, maar dat was altijd nog 20 tot 30 centimeter korter dan de langstengelige rassen.

Korte stengels pasten ook goed bij de maaidorsers die vanaf 1955 op steeds meer bedrijven werden ingezet. Die hadden nog niet de capaciteit van nu en bij kort stro hoefde er minder massa doorheen.

Beheer
WP Admin