Foto: Jan Willem van Vliet BoerenlevenAchtergrond

Smartphones volop in gebruik op landbouwbedrijf

Tien jaar na de introductie van de smartphone is dit handig hulpmiddel niet meer weg te denken op het boerenerf. Het is geen vervanger van vakmanschap.

In tien jaar tijd heeft de smartphone de wereld veroverd. Op 7 januari 2007 liet wijlen Steve Jobs, toenmalige baas van Apple, de eerste iPhone zien. Het touchscreen, aanraakscherm, zorgde voor een revolutie in het gebruik van dit mobiele computertje. Andere merken volgden en het tijdperk van de smartphone was geboren. Niet dat touchscreens helemaal nieuw waren, maar tot dan toe was het gebruik maar bescheiden. Vandaag de dag heeft 86% van alle Nederlanders van 12 jaar of ouder een smartphone.

Dit artikel is het hoofdverhaal van het Paasthema ‘Smartphones op het boerenbedrijf’. Tot en met Pasen publiceert Boerderij diverse artikelen over dit onderwerp. Meer te lezen over dit thema in het dossier. Daar is ook de paaspuzzel en een kleurplaat te vinden.

Smartphone heeft mobieltje verdrongen

Boerderij deed via een enquête op internet onderzoek naar het smartphonebezit en -gebruik onder boeren, boerinnen en agrarische jongeren. Ruim 350 personen vulden de vragenlijst in. Uit de resultaten blijkt dat de smartphone zich ook in de landbouw een rotsvaste positie heeft verworven. Gemiddeld heeft 91,5% van de boeren en boerinnen er een. De rest, meest ouderen, heeft heel soms helemaal niets of slechts een ‘gewoon mobieltje’. Er is geen behoefte dat te verruilen voor iets met een touchscreen. Bereikbaar zijn is voor deze groep het belangrijkst en dan is ‘zo’n duur ding niet nodig’. Dit betreft echter de minderheid.

Vooral voor privézaken

De smartphone heeft in de agrarische sector het mobieltje overtuigend verdrongen. Jongeren hebben er allemaal een, van de 65-plussers geeft 86% aan er een te hebben. Jongeren gebruiken hem vooral voor privézaken, ouderen vaker alleen voor het bedrijf, al geeft de meerderheid aan het apparaat evenveel voor privé- als bedrijfszaken te gebruiken. Privé wordt er vooral veel gefacebookt en geappt. Rens Janssen uit Dongen reageert zelfs verbaasd op de vraag of hij weleens belt met zijn smartphone. “Béllen? Nooit. Ik app met mijn vrienden, in het weekend spreken we af en dan praten we in het echt.” Verder heeft hij een hele rits apps op zijn telefoon geïnstalleerd, zoals een waarmee hij in contact staat met de melkrobot. In de stal zit een wifi-punt, daarmee heeft hij tot 40 meter bereik en kan hij op vrijwel het hele erf onbeperkt gebruikmaken van internet. “Dat gaat goed, het hapert eigenlijk nooit.”

Artikel gaat verder onder deze foto. Klik op de rode iconen over hoe boeren over hun smartphone denken.


In contact met zoogkoeien

Maurits Tepper uit Sandebuur gebruikt nauwelijks wifi. Zijn zoogkoeien lopen in natuurgebieden op afstand van huis en daar is geen wifi. Maar het mobiele 4G-netwerk voldoet prima, en zo kan hij altijd en overal zien hoe het met zijn dieren is gesteld. Ze hebben namelijk sensoren in hun oren die van alles meten. Denk aan lichaamstemperatuur en activiteit. “Als ik een koe ervan verdenk niet helemaal fit te zijn, heeft de app dat al gemeld op mijn scherm.” Verder is er het nodige privégebruik. “Maar aangezien werk en privé op een boerderij door elkaar lopen, is het moeilijk aan te geven hoeveel ik mijn smartphone voor het een of voor het ander gebruik.”

Van slag

Wat Tepper wel weet, is dat hij de smartphone altijd bij zich heeft. Vergeet hij hem een keer, dan is hij van slag. En hij is niet de enige. Vrijwel alle deelnemers aan de enquête geven aan dat ze hun smartphone altijd bij zich hebben. Het apparaat gaat zelden uit, ’s nachts ligt het aan de oplader naast bed. Wel wordt het geluid of de trilfunctie uitgezet om ongestoord te kunnen slapen. Janssen: “Anders gaat het maar door met meldingen en berichten.” Dat is ook wat Tepper aangeeft: “Het risico is dat je altijd ‘aan’ staat.”

Carolien van de Kreeke uit Serooskerke herkent dat. Ze heeft samen met haar echtgenoot een akkerbouwbedrijf met minicamping en als de camping in april opengaat, is ze 24 uur per dag bereikbaar. “Als je net met je dochter een rondje met de pony rijdt en dat ding gaat tien keer, verwens je het ding wel eens.”

Voordelen wegen op tegen de nadelen

Een van de deelnemers aan de enquête geeft aan: “Ik wil zelf bepalen of en wanneer ik bereikbaar ben, maar ik voel een soort druk om berichten of telefoontjes altijd meteen te beantwoorden.”

De smartphone heeft het dagelijkse werk op bedrijven veranderd. Foto: Jan Willem Schouten

De smartphone heeft het dagelijkse werk op bedrijven veranderd. Foto: Jan Willem Schouten

Altijd bereikbaar

Het is een van de meest genoemde nadelen: anderen verwachten dat een smartphonebezitter altijd bereikbaar is. Een ander nadeel is dat iedereen altijd maar op het scherm zit te kijken in plaats van naar elkaar. Verder vinden de meesten het een duur ding.

De nadelen wegen niet op tegen de voordelen, zoals altijd op de hoogte zijn van het laatste nieuws, foto’s maken van allerlei leuks op en om het bedrijf en die delen met de buitenwereld. En dan zijn er nog de toepassingen voor het bedrijf. Denk aan apps waarmee ziektes in gewassen zijn op te sporen of bemestingstekorten worden aangegeven. Hele veestapels kunnen per smartphone gemanaged worden terwijl de boer elders is. Zo’n 22% denkt de smartphone met alle toepassingen nog te kunnen missen, de rest niet of hooguit voor korte tijd.

‘Echtelijke ruzies hebben we er niet over’.

Opvallend is dat het meest genoemde nadeel, altijd bereikbaar zijn, tegelijk het meest genoemde voordeel is. Om te voorkomen dat het uit de hand loopt, zet een deel van de bezitters tijdens het eten de telefoon helemaal uit. Bijna een kwart reageert altijd meteen op inkomende berichten of oproepen. Mareille Oort uit Drijber: “We zeggen tijdens het eten wel eens: ‘Zit je alweer op dat ding’, maar echtelijke ruzies hebben we er niet over.”

Geen vervanging vakmanschap

De smartphone heeft het dagelijkse werk op bedrijven veranderd. Hij ontzorgt, geeft precies aan wanneer iets moet gebeuren, zoals insemineren, spuiten of bemesten. Vroeger kreeg je daar een adviseur voor op het bedrijf, nu attendeert de smartphone erop. Daarmee komt het vakmanschap van boeren niet in de verdrukking, vindt Albert Beetsma, programmamanager van het project Smart Dairy Farming. “Het vakmanschap dat er is, wordt alleen beter benut.” Hij vergelijkt het met een chirurg die altijd de kennis al had, maar door een microscoop nog preciezer kan werken. “Zo is het met de smartphone bij boeren ook. Het is een hulpmiddel, een verlengstuk, maar het is geen vervanging van de boer zelf.”

Beheer
WP Admin