EU blijft veel tarwe exporteren

Brussel verleende van 1 juli 2015 (het begin van graanseizoen 2015/2016) tot en met 1 februari 2016 voor 14,8 miljoen ton aan uitvoercertificaten voor tarwe. Dat is de derde hoogste tussenstand ooit voor de EU. Vorig seizoen 2014/2015 bereikte de tarwe-export uiteindelijk een record van ruim 33 miljoen ton. De Europese Commissie verwacht in de laatste graanbalans dat de EU dit seizoen 29 miljoen ton tarwe gaat exporteren.

Tarwerecord

Het record van vorig seizoen wordt waarschijnlijk niet gehaald, zegt een woordvoerder van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. “Er is veel concurrentie op de wereldtarwemarkt. Rusland en Oekraïne hebben veel tarwe geoogst en de nationale munten zijn in waarde gedaald. Dat stimuleert hun export. Ook veel Noord-Afrikaanse landen hebben in 2015 een goede tarweoogst gehad. Die landen hoeven minder tarwe te kopen in de EU. En Argentinië heeft de exportheffing op tarwe geschrapt. Daardoor komt meer Argentijnse tarwe op de wereldmarkt.”

De RVO noteerde vorige week €162,50 per ton voertarwe. Dat is één van de laagste prijzen eind januari van de laatste tien jaar, blijkt uit een overzicht van de RVO. De EU heeft een record aan tarwe geoogst, zegt de woordvoerder. “Er is dus veel tarwe beschikbaar voor de export. Maar de EU heeft minder mais geoogst door droogte, vooral in Oost-Europa. Ook de wereldmaisoogst valt kleiner uit dan vorig seizoen. Je ziet dan ook dat de tarweprijs in de EU daalt, terwijl de maisprijs redelijk op niveau blijft.”

Reacties in Rusland en Oekraïne

De woordvoerder constateert dat graantelers in Rusland en Oekraïne reageren op het prijsverschil tussen tarwe en mais. “Je ziet dat de akkerbouwers daar minder tarwe en meer mais gaan telen. Maar mais is wel een kwetsbaarder gewas. Het is vaak droog in juni en juli. Daar heeft mais veel meer last van dan tarwe.”

De EU produceert dit seizoen 27% meer tarwe dan tien jaar geleden. Terwijl het areaal nauwelijks groeit, stelt de woordvoerder. “De hectareopbrengsten stijgen, vooral in de nieuwe lidstaten in Oost-Europa.”