‘Transgeen gewas past binnen geïntegreerde gewasbescherming’

Genetisch gemodificeerde gewassen met een ingebouwde afweer tegen insecten passen binnen de principes van de geïntegreerde gewasbescherming, vindt staatssecretaris Martijn van Dam (Economische Zaken).

Van Dam gaat in een brief aan de Tweede kamer in op vragen die de SP-fractie stelde over de Europese toelating van verschillende maisrassen, die met behulp van genetische modificatie de eigenschap hebben gekregen om insecten af te weren. De gewassen produceren een gifstof die ook wordt gemaakt door de bacterie Bacillus thuringiensis (Bt).

Weerstand tegen glufosinaat

Het gebruik van dergelijke gewassen behoort net als het gebruik van gewassen die via conventionele veredeling weerbaar zijn gemaakt tegen insecten of plagen, tot de geïntegreerde gewasbescherming. Dat de onlangs toegelaten gewassen ook nog een weerstand hebben tegen het onkruidbestrijdende glufosinaat ammonium doet daar niets aan af, vindt Van Dam. Hij zegt dat glufosinaat in Nederland onder voorwaarden mag worden gebruikt.

De Europese Commissie heeft in de ontwerptoelating van de gewassen de voorwaarde gesteld dat bij de teelt ervan geen glufosinaat mag worden gebruikt. Glufosinaat is in 2013 nog goedgekeurd. Uiterlijk in 2020 zal de stof opnieuw worden beoordeeld. De stof staat op de lijst van stoffen die kandidaat zijn voor vervanging.