AkkerbouwNieuws

WUR: vlas- en hennepsector zijn kwetsbaar

Wageningen – De vlas- en hennepsector zijn kwetsbaar doordat ze zo klein zijn geworden. Het wegvallen van één ketenpartij kan al een bedreiging zijn voor veel andere bedrijven in de sector. Dat concluderen onderzoekers van Wageningen UR Food & Biobased Research in het rapport ‘Markets for fibre crops in EU and China’. Zij analyseerden wat de kansen en bedreigingen zijn van de internationale markt voor vezelgewassen.

Europa en China hebben elkaar nodig om de teelt en verwerking van vlas en hennep rendabel te houden, stellen de Europese en Chinese onderzoekers, die samenwerken in het project Fibra. Door de mechanisatie van de teelt, oogst en bewerking zijn Europese vlas- en hennepvezels van zeer hoge kwaliteit. Chinese telers van traditionele vezelgewassen als hennep, kenaf en ramie doen nog bijna alles met de hand en verliezen de concurrentie met Europese producenten. Veel Chinese bedrijven stoppen er mee.

Daarnaast is de textielindustrie, de belangrijkste verwerker van deze vezels, bijna verdwenen uit Europa en juist verhuisd naar China vanwege de lagere lonen. De schakels in de keten zitten daardoor op grote afstand van elkaar, schrijven de onderzoekers. Dat blokkeert een soepele handelsketen.

Onderzoeker Jan van Dam van WUR vindt het zorgelijk dat de vezelverwerkende industrie weer uit China vertrekt naar landen waar de lonen nog lager liggen. “De vezelindustrie is klein en de handelsketen is steeds meer gebaseerd op één op één contacten. Valt er een schakel weg, dan treft dat een groot deel van de keten.”

Een ander gevaar is dat natuurlijke vezels steeds meer vervangen worden door kunstvezels, vindt Van Dam: “Duizenden jaren lang zijn vezelgewassen geteeld, veredeld, geraffineerd en verwerkt tot onder meer kleding, garen, touw, papier en tegenwoordig ook gebruikt worden in auto-onderdelen. Die expertise dreigt verloren te gaan doordat biobased vezels veelal vervangen zijn door goedkopere maar minder duurzame kunstvezels. Bovendien leveren andere gewassen, zoals gesubsidieerde energiegewassen, voor telers vaak meer op dan traditionele vezelgewassen. Met de huidige aardolieprijs is de concurrentie met kunststofvezels niet te winnen. Maar er is wel een niche markt: consumenten die bewust kiezen voor duurzame, biobased producten.”

Naast verwerking van hoogwaardige vlas- en hennepvezels in kleding kunnen de restvezels gebruikt worden in bouw- en composietmaterialen. Maar ook dit is nog een nichemarkt voor bewuste consumenten die graag duurzame materialen gebruiken van plantaardige oorsprong. De prijs van deze materialen ligt hoger dan die van concurrerende producten. “Nichemarkten identificeren is op korte termijn erg waardevol”, stelt Van Dam. “Maar om duurzaam levensvatbaar te zijn is het voor een sector belangrijk die nichemarkt te ontstijgen.”

De onderzoekers raden de sector aan internationale kwaliteitslabels op te zetten. Dan kunnen bedrijven die vezels kopen die zij nodig hebben. Dat betekent schaalvergroting, in plaats van via één op één contacten. Dat maakt handelsketens minder kwetsbaar voor het uitvallen van één verbindende schakel, stellen de onderzoekers.

Daarnaast moet de Chinese vezelsector mechaniseren. Dat verhoogt de kwaliteit van de vezels en de Chinese sector kan zo beter concurreren met nieuwe lagelonenlanden. De Europese ketenpartijen kunnen dan kennis, kunde en machines in China verkopen.

Beheer
WP Admin