AkkerbouwNieuws

‘Export miniknollen naar China scheelt veel tijd’

Joure – De opening van de Chinese grens voor miniknollen uit Nederland betekent veel tijdwinst voor de aardappelkwekers. Ze kunnen gemakkelijker nieuwe rassen introduceren in China, zegt directeur Gerard Backx van handelshuis HZPC.

Nederland en China hebben een protocol getekend, waardoor de export van miniknollen naar China mogelijk wordt. Tot nu toe konden nieuwe rassen daar alleen naar toe worden gebracht via in-vitroplantjes, die in een laboratorium zijn opgekweekt. Backx: “In 2002 bracht HZPC voor het eerst uitgangsmateriaal naar China. We hebben daar enkele rassen in vermeerdering liggen.”

China is een moeilijk toegankelijke markt, vindt Backx. “Maar het is wel een enorm grote markt. Momenteel is de vraag naar West-Europese aardappelrassen beperkt. Ik verwacht dat die vraag gaat toenemen. Dat betekent voor HZPC hogere inkomsten uit licenties.”

De export van miniknollen in plaats van in-vitroplanten, betekent grote tijdwinst, zegt Backx. “Je hoeft dan niet langer in China miniknollen te produceren uit in-vitroplanten. Dat kost een paar jaar. Door de export van miniknollen kunnen we veel sneller nieuwe rassen introduceren in China. En het is goedkoper.”

In China worden volgens Backx veel miniknollen geproduceerd. “In China mag je pootgoed maar een paar generaties vermeerderen in het veld. In Nederland mag dat langer, wel zeven tot negen veldgeneraties. Daarom produceert China veel miniknollen. Dat kan daar ook gemakkelijker dan in Nederland omdat arbeid goedkoper is.”

Beheer
WP Admin