Sojaplanten in een kweekkas.</p> <p><em>Foto: Marten Sandburg Fotografie</em> AkkerbouwOpinie

Tussen octrooi en kwekersrecht: privatisering van natuur of niet

Octrooien bedreigen de rol van genenbanken. Iedereen kan materiaal vrij gebruiken voor veredeling, maar de nieuwe octrooien maken dat onmogelijk. Dat vindt Bert Visser, beleidsadviseur van het Centrum voor Genetische Bronnen Nederland.

Op 18 mei organiseerde de Nederlandse regering een conferentie in Brussel over de effecten van octrooien en kwekersrecht op het gebruik van rassen in de land- en tuinbouw, en de effecten op de plantenveredeling, de diversiteit en voedselzekerheid. Recente besluiten van het Europees Octrooi Bureau in München vormden de aanleiding.

Minder spelers betekent minder rassendiversiteit

Binnen de EU is sinds 1998 de Biotechnologie Richtlijn van kracht, waarop het Europees Octrooi Bureau zich baseert. Deze Europese wetgeving maakt het sinds een aantal jaren mogelijk om octrooien te verwerven met een hele brede werking, die van toepassing zijn op alle rassen met een bepaalde in de natuur al aanwezige resistentie of andere nuttige eigenschap, ook als die rassen al met kwekersrecht beschermd zijn.

Deze octrooien liggen alleen binnen het bereik van bedrijven die toegang hebben tot technologie en die voldoende octrooijuristen in dienst hebben die de mazen in de wet weten te vinden. Toekenning van deze octrooien helpt de grote veredelingsbedrijven ten koste van de kleine, en leidt tot concentratie in de industrie. Concentratie betekent dat minder spelers bepalen welke rassen er op het land of in de kas staan, en welk voedsel er op ons bord komt. Minder spelers betekent minder diversiteit en minder aanpassing van rassen aan klimaatomstandigheden in arme landen met weinig koopkracht.

Gevaar is octrooi op natuurlijke eigenschappen

De Nederlandse regering is evenals Duitsland, Frankrijk en het Europarlement ongerust over deze ontwikkeling. De conferentie in Brussel was bedoeld om de Europese Commissie te bewegen die ongewenste disbalans tussen grote en kleine spelers onder ogen te zien en maatregelen te nemen voor een herstel van de balans. Maar buiten de land- en tuinbouw is dat omstreden, uit vrees voor jarenlange onderhandelingen over een herziening van de Biotechnologie Richtlijn.

Intussen is er veel onduidelijkheid. Daarom wordt de Biotechnologie Richtlijn niet herzien, maar heeft de Europese Commissie beloofd te komen met een verklaring over de vraag hoe de Biotechnologie Richtlijn moet worden begrepen, welke toepassingen wel en niet de bedoeling zijn. Dit in de hoop dat het onafhankelijk Europees Octrooi Bureau ernaar wil luisteren.

Zonder een duidelijke aanpassing van het beleid komen er heel veel octrooien op natuurlijke eigenschappen: eigenschappen uit de natuur worden via een handige omweg geprivatiseerd. Iedereen die zo’n eigenschap wil inkruisen moet naar de octrooihouder. Kleine bedrijven zonder toegang tot dure juristen en dure technologie voelen zich gedwongen hun veredelingsprogramma’s op te geven.

Ook privatisering van publieke collecties

Maar er speelt nog meer. De eigenschappen die via dergelijke octrooien worden beschermd en geprivatiseerd, komen uit de genenbanken. De genenbanken zijn overal in Europa vele jaren met veel overheidsgeld opgebouwd en onderhouden. Een aantal betwiste octrooien betreft eigenschappen die uit de genenbank van het Centrum voor Genetische Bronnen Nederland zijn gehaald. Denk aan wittevliegresistentie in paprika en schimmelresistentie in spinazie.

Iedereen kan materiaal uit de genenbank verkrijgen. Het beleid is dat iedereen het vrij kan gebruiken voor veredeling. Maar dat wordt door de nieuwe octrooien onmogelijk gemaakt. De krenten uit de pap – de mooie, goed bruikbare eigenschappen – worden via octrooien beschermd. Zo worden die krenten uit de pap geprivatiseerd. De octrooi-eigenaar vraagt licentiegelden, terwijl de collecties waaruit deze eigenschappen afkomstig zijn met overheidsgeld zijn opgebouwd. Dit is een bedreiging voor de rol van genenbanken: het beschikbaar stellen van zaden voor iedereen, voor veredeling door zo veel mogelijk partijen, voor meer diversiteit op het bord en voor aangepaste rassen ook onder droge omstandigheden in de derde wereld.

Het verlenen van octrooien op planten met natuurlijke eigenschappen moet om al deze redenen worden gestopt. Dat is in het belang van de kleinere veredelaars, de boeren en de consumenten, in Nederland, in de Europese Unie en wereldwijd. Laten we hopen dat de Europese Commissie later dit jaar duidelijk stelling neemt.

Bert Visser is b eleidsadviseur bij het Centrum voor Genetische Bronnen Nederland van Wageningen UR



Beheer
WP Admin