‘Eigen gewassen zijn je visitekaartje’

Een akkerbouwbedrijf combineren met een job als akkerbouwspecialist bij Agrifirm Plant staat volgens Peter Begeman (38) soms gelijk aan het bedrijven van topsport. “Je moet er zijn voor de klant én je eigen gewassen in topconditie houden, want die zijn jouw visitekaartje.”

Sinds 2005 combineert Peter Begeman zijn akkerbouwbedrijf in het Drentse Nieuw Annerveen met zijn werk als akkerbouwspecialist bij Agrifirm Plant in de regio Hondsrug (Midden-Drenthe). Zijn bedrijf, dat hij in 2014 overnam van zijn ouders, is 65 hectare groot. Het bouwplan omvat 28 hectare zetmeelaardappelen, 2 hectare pootaardappelen, 9 hectare suikerbieten en 25 hectare zomergerst.

Agrifirm wilde Begeman al in 2001 binnenhengelen. Na afloop van zijn HAS-stage kreeg hij het aanbod aan de slag te gaan in zijn huidige functie. “Toen vond ik me daar nog te jong voor”, stelt Begeman. “Ik heb toen als zzp’er het werk op het ouderlijk bedrijf gecombineerd met werken bij een naburige akkerbouwer. Dat deed ik met veel plezier. In 2005 ging ik alsnog bij Agrifirm Plant aan de slag.”

Werken voor een baas is anders dan voor je eigen bedrijf, ervaart Begeman. “Uiteraard worden doelen gesteld. Maar als je goed in je vel zit, je met plezier werkt en je doet je best, dan zijn deze goed te behalen.” Als hij nu zou moeten kiezen tussen zijn akkerbouwbedrijf of zijn job bij Agrifirm, zou hij voor het laatste kiezen. “Met 65 hectare is mijn bedrijf te klein om een volwaardig gezinsinkomen te behalen. Veel bedrijven in mijn omgeving zijn tot vier maal zo groot.”

Peter Begeman is naast akkerbouwer ook akkerbouwspecialist bij Agrifirm Plant.
Foto: Hans Banus

Werkverdeling

Uitgezonderd het bemesten en het suikerbieten rooien doet Begeman alle werkzaamheden zelf. “Ik kan wel terugvallen op mijn vader. Vooral bij de voorjaarswerkzaamheden is dat een grote pré. Want dan stel ik, nog meer dan normaal, mijn klanten voorop. Juist in die periode doen zich zaken op de akkers voor die anders lopen dan gepland. Dan moeten je klanten op je kunnen rekenen”, onderstreept Begeman.

Die instelling zorgt voor lange werkdagen in het voorjaar. Zo zet hij in het aardappelpootseizoen al vroeg in de ochtend op de akkers alles klaar, zodat zijn vader direct aan de slag kan met poten als hij ‘op de been’ is. Spuiten doet hij zelf. Dan is hij veelal voor dag en dauw op de akkers te vinden en op tijd klaar om zijn klanten te bezoeken. Het dorsen van de 25 hectare wintergerst ervaart Begeman als ontspanning. “Mijn vakantie plan ik dan ook steevast begin augustus. De combinatie van beide jobs tijdens de aardappeloogst vormt geen probleem. “Dan zijn mijn klanten ook volop aan het oogsten en hebben ze geen tijd voor een erfbezoeker.”

Kruisbestuiving

De combinatie van beide functies zorgt voor een kruisbestuiving. “Als praktiserend akkerbouwer weet ik wat er speelt op de bedrijven en akkers. Het is beter om vanuit de praktijk te adviseren dan alleen uit het boekje. Bovendien spreek ik dezelfde taal. Anderzijds verwerf ik kennis die ook mijn bedrijf ten goede komt.”

Nadelen kan hij niet bedenken, uitgezonderd de druk die het werk als akkerbouwspecialist legt op zijn eigen bedrijf. “Zo vind ik dat mijn gewassen er steeds voorbeeldig moeten bijstaan. Ze vormen mijn visitekaartje naar mijn klanten toe. Beide takken steeds goed doen zie ik als een vorm van topsport.”