height:400px AkkerbouwAchtergrond

Bio-energie biedt boer mogelijkheden

Biomassa kan een veel belangrijker energiebron worden, blijkt uit een groot onderzoek. Belangrijkste, hoopgevende conclusie: dat hoeft helemaal niet ten koste te gaan van de voedselzekerheid.

Biobrandstoffen hebben geen al te beste naam. Ze zouden inefficiënt zijn in het verminderen van de broeikasuitstoot. Volgens sommige tegenstanders werken ze zelfs averechts. Een ander veelgehoord bezwaar is de concurrentie met voedselgewassen. De grootschalige productie van biobrandstoffen zou te veel grond in beslag nemen. De voedselproductie zou in de knel kunnen komen, met prijsstijgingen als gevolg. Politieke tegenstanders vinden verder dat de stimuleringsprogramma’s die vooral Westerse landen hebben voor biobrandstof de markt verstoren. Ze zouden eigenlijk een heel ander doel hebben dan duurzame energievoorziening, namelijk de landbouw beschermen.

Scope verwerpt scepsis

Wat een contrast met de toonzetting van een zeer omvangrijk internationaal wetenschappelijk onderzoeksrapport over biomassa als energiebron, dat dit voorjaar in Parijs verscheen. In Scope Bioenergy & Sustainability hebben 137 onderzoekers van 82 instituten in 24 landen hun kennis op dit terrein gebundeld. Scope 
(Scientific Committee on Problems of the Environment) is een organisatie die internationaal wetenschappelijk onderzoek coördineert op het gebied van duurzaamheid, en is gelieerd aan de Unesco. Hun conclusies maken gehakt van alle scepsis over bio-energie.

Naar 30 procent van de energie

De mogelijkheden zijn juist enorm. Geteelde biomassa kan in 2050 met gemak 30 procent van de wereldenergiebehoefte dekken, zonder dat dat ten koste gaat van biodiversiteit en voedselzekerheid, is de conclusie. Het is juist andersom: mits op de juiste wijze ingezet, kan de productie van biomassa als energiebron de voedselzekerheid ondersteunen en bijdragen aan een duurzame economische ontwikkeling in arme landen. Honger gaat niet over gebrek aan voedsel, maar over gebrek aan geld. De oplossing van zowel hogere productiviteit als hogere voedselzekerheid is het maken van goede combinaties.

[([002_rb-image-2656501.jpeg]:inzetgroot)]

Miscanthus, of olifantsgras is een veelbelovend biomassagewas. Andere grassoorten zijn nog productiever.

Eén recept is er niet, is de conclusie. De onderzoekers komen met een lange waslijst van mogelijke verbeteringen. Restproducten kunnen beter benut worden, bij de keuze voor een gewas moet goed rekening gehouden worden met de waterbehoefte, integreer de bioenergieproductie met bestaande activiteiten, ga biomassa telen op gronden die nu slecht benut worden, in plaats van op kostbare en nu al intensief benutte gronden voor voedselgewassen. Gebruik energieproductie vooral als extra economische pijler voor het platteland, niet als enige, is ook een advies.

13 miljard hectare land, 12 procent akkerbouw

De wereld heeft 13 miljard hectare (gigahectare) land. Ruwweg een derde daarvan is bos, een kwart bestaat uit extensief grasland (prairies, savannes, pampa’s), 12 procent is in gebruik voor akkerbouw. Grasland zoals we dat in Nederland kennen, valt ook in die categorie. De rest, ook ruim 30 procent, is woestijn en stedelijk gebied – vanuit landbouwkundig oogpunt is er weinig verschil tussen die twee, ze zijn beide onbruikbaar.

Beheer
WP Admin