AkkerbouwAchtergrond

Aardappelen blijven aandacht vragen

De aardappelkwaliteit in de bewaring is minder goed dan in andere jaren. Rot, doorwas en kiemlust blijven aandachts-punten, blijkt uit een rondgang.

De kwaliteit van de aardappelen in de bewaring is sterk wisselend en wat minder goed dan voorgaande jaren. Problemen met rot komen eigenlijk alleen in Nederland voor. In België viel minder neerslag en is rot geen groot probleem. Daar zijn doorwas en drijvers in Bintjes een punt van zorg.

Verstikt in de rug

De echt rotte partijen zijn inmiddels al geruimd. Veel partijen ogen op het eerste gezicht goed, maar eroverheen lopend ontdek je al snel diverse rotte exemplaren. Door de vele regen in augustus en september zijn veel knollen verstikt in de rug. Tijdens rooien zien deze er nog gaaf uit, maar in aanraking komende met zuurstof zijn deze in de bewaring alsnog gaan rotten. Het vocht dat hier uitkomt vraagt nog tot ver in het bewaarseizoen veel droogcapaciteit om het af te voeren.

Door veel te drogen zijn deze partijen echter wel goed te houden. Telers zijn dan ook eind november nog volop hun aardappelen aan het drogen, terwijl normaal het inkoelingsproces al in gang is gezet. Voorlopig blijft de bewaring veel aandacht van de telers vragen.


Overal wel wat rot

DLV Plant-adviseur Paul Hooijman ziet dat in Flevoland en het noordelijk teeltgebied in vrijwel alle partijen aardappelen wel rot voorkomt. Meestal niet dramatisch, maar het blijft wel de aandacht vragen. Rot komt dit seizoen breed voor, niet alleen in de gevoelige rassen, maar ook in minder gevoelige rassen komt dit jaar bovengemiddeld veel rot voor.

Drogen duurt dit jaar erg lang. De aardappelen zijn laat geoogst en nat binnengekomen; in combinatie met rot betekent dit dat erg veel vocht afgevoerd moet worden. In december zijn er nog partijen waar nog zoveel vocht in zit dat nog steeds 24 uur per dag geventileerd moet worden. Hooijman verwacht niet dat in Noord-Nederland nog partijen geruimd moeten worden omdat rot uit de hand loopt. Partijen die droog zijn, blijven aandacht vragen omdat rotte aardappelen continu vocht af blijven geven. Dat vraagt extra ventilatie-uren.

Veel ventilatie-uren

Na rot is de kiembeheersing de volgende uitdaging voor de teler. Veel ventilatie-uren in combinatie met een hoge temperatuur zorgen ervoor dat aardappelen sneller verouderen en eerder gaan kiemen. Geplande gasbeurten zijn daarom al naar voren geschoven.

De onderwatergewichten zijn over de hele linie lager dan in voorgaande jaren. Henry van den Akker, DLV Plant-adviseur in het zuidoostelijk zandgebied, ziet dat partijen vaak tegen de kritische ondergrens aanzitten. Opvallend dit seizoen is dat het onderwatergewicht erg wisselt, niet alleen tussen percelen, maar ook binnen percelen. Van den Akker ziet onder andere alternaria-aantastingen als oorzaak van wisselende en lage onderwatergewichten. “Hoewel telers vaker gespoten hebben, zag je toch dat percelen of perceelsgedeelten aan het eind van het seizoen versneld achteruitgingen.” Met als gevolg dat het onderwatergewicht achterblijft.


Afleverschema’s in de war

De laatste aardappelen zijn pas in november geoogst, de kwaliteit van deze late aardappelen laat het niet toe om deze op te slaan. Deze zitten het normale afleverschema in de weg. De recordwarme november maakte ook dat de aardappelen in de bewaring moeilijk gedroogd konden worden. De buitentemperatuur was op veel dagen (en nachten) hoger dan de producttemperatuur. Ventileren met buitenlucht maakt de partij dan natter in plaats van droger. Dat heeft risicopartijen de kop gekost.

Bovendien zitten er in verschillende rassen doorwasverschijnselen waardoor het zetmeel niet egaal over de knol verdeeld is. De kop bevat veel zetmeel, terwijl de kont van de knol juist wat glazig ziet. Dit geeft met name in het duurdere fritessegment problemen, omdat het product dan niet egaal afbakt. Verwerkers moeten echt zoeken om voldoende goede kwaliteit bij elkaar te krijgen. Bovendien zijn er nog partijen aardappelen die niet lang houdbaar zijn en bij voorrang afgeleverd moeten worden. Verwerkers schuiven met ophalen van gecontracteerde aardappelen. Goed houdbare partijen worden naar achteren geschoven en risicopartijen naar voren gehaald.

  • In België is rot geen issue, maar zijn glas en drijvers in Bintjes een punt van zorg. Deze gesneden plak Bintje toont goed dat de knol is leeggetrokken en weinig zetmeel bevat.

    In België is rot geen issue, maar zijn glas en drijvers in Bintjes een punt van zorg. Deze gesneden plak Bintje toont goed dat de knol is leeggetrokken en weinig zetmeel bevat.


    Foto:
    Foto: Peter Roek

  • Buitendienstmedewerker Steven Driedijk (rechts) van Farm Frites beoordeelt samen met akkerbouwer Joost Delst de partij Agria’s.

    Buitendienstmedewerker Steven Driedijk (rechts) van Farm Frites beoordeelt samen met akkerbouwer Joost Delst de partij Agria’s.


    Foto:
    Foto: Peter Roek

  • Nog natte aardappelen. Voorkomen moet worden dat de rotte knollen andere knollen aansteken.

    Nog natte aardappelen. Voorkomen moet worden dat de rotte knollen andere knollen aansteken.


    Foto:
    Foto: Bert Jansen

  • Door aardappelen op halve hoogte te storten lukt het Hesselmans (zie tweede interactieve foto) om een partij met 6 tot 7% rot droog te krijgen.

    Door aardappelen op halve hoogte te storten lukt het Hesselmans (zie tweede interactieve foto) om een partij met 6 tot 7% rot droog te krijgen.


    Foto:
    Foto: Bert Jansen

  • Deze doorgesneden Agria heeft verhoudingsgewijs veel zetmeel in de kop en weinig in de kont. Frites van deze knol bakt dus niet egaal af. Fastfoodconcerns eisen egale frites.

    Deze doorgesneden Agria heeft verhoudingsgewijs veel zetmeel in de kop en weinig in de kont. Frites van deze knol bakt dus niet egaal af. Fastfoodconcerns eisen egale frites.


    Foto:
    Foto: Peter Roek

  • Een rottende aardappel die glimt van het vocht. Dergelijke knollen laten voortdurend vocht los. De ventilatiecapaciteit moet hoog genoeg zijn om het vrijkomende vocht direct af te voeren om te voorkomen dat andere knollen nat worden.

    Een rottende aardappel die glimt van het vocht. Dergelijke knollen laten voortdurend vocht los. De ventilatiecapaciteit moet hoog genoeg zijn om het vrijkomende vocht direct af te voeren om te voorkomen dat andere knollen nat worden.


    Foto:
    Foto: Bert Jansen

  • Veel partijen zijn ook gewoon goed, zoals deze mooie Innovators. Deze hebben een gave schil en een hoog onderwatergewicht.

    Veel partijen zijn ook gewoon goed, zoals deze mooie Innovators. Deze hebben een gave schil en een hoog onderwatergewicht.


    Foto:
    Foto: Peter Roek

NEPG opbrengstprognose

Volgens de NEPG is oogst 2015 qua tijdstip de laatst gerooide aardappeloogst in de NEPG-geschiedenis. De combinatie van late oogst en de goede groeicondities aan het eind van het seizoen maakten dat de NEPG de opbrengstprognose voor consumptieaardappelen in de vijf NEPG-landen met 300.000 ton naar boven bijstelde naar 25.157.000 ton. Dat is 0,3% minder dan het vijfjarig gemiddelde en 11,8% minder dan de oogst van 2014. De bijstelling naar boven komt vooral door de nog late groei van de niet-Bintje-rassen in België. Na 1 oktober groeide er daar nog ruim 4 ton per hectare bij. De NEPG noemt de kwaliteit van de in België opgeslagen aardappelen goed.

Biologische aardappelen

De biologische aardappelen in Flevoland zitten volgens DLV Plant-adviseur Christoffel den Herder goed in de bewaring. Van waterschade was in Flevoland nauwelijks sprake en biologische telers beschikken veelal over moderne bewaarplaatsen met mechanische koeling, waardoor het bewaartraject goed te sturen is. Bij de oogst waren er wel zorgen over de hoeveelheid phytophthora-knollen. Dit waren er gezien de aantastingen in het loof meer dan verwacht. In de bewaring droogden deze knollen echter snel weg zodat geen partijen overstuur zijn gegaan. De knolzetting was met name in de biologische teelt erg wisselend. Over het algemeen zijn de partijen vrij grof. De biologische aardappelen in het Zuidwesten kampen met wat meer problemen. Hier viel meer water en komt doorwas voor, waardoor deze aardappelen minder goed bewaarbaar zijn.

Martijn Knuivers en Luuk Meijering

Beheer
WP Admin